Jongerenhuisvesting staat politiek hoog op de agenda, ook in de gemeente Voorst. Uit de cijfers van Woonkeus Stedendriehoek bleek dat jongeren op basis van hun inschrijfduur een lagere kans hebben op een woning. Anouk ter Avest, senior vakgroep Ruimte, was in haar vorige functie nauw betrokken bij de totstandkoming van de gemeentelijke Woonvisie ‘Aantrekkelijk Voorst 2025’.

Experiment Friendswoning

Anouk ter Avest
Anouk ter Avest

Ze maakte jaarlijks prestatieafspraken met IJsseldal Wonen en de huurdersbelangenvereniging, ook over betaalbare jongerenhuisvesting. Hoe kunnen we jongeren een betere kans geven? Anouk ter Avest: “IJsseldal Wonen durft het aan om out-of-the-box te denken. Samen hebben we mooie oplossingen bedacht, zoals de Friendswoning.” Peter Jansen is als beleidsadviseur van IJsseldal Wonen verantwoordelijk voor dit project. “We verwachtten veel van het concept Friendswoning, maar de belangstelling bij jongeren hiervoor viel tegen.”

Belangstelling

De ‘Friendswoning’ is een concept dat met name in de Randstad bestaat. Peter: “Het werkt heel goed in een gemeente als Amsterdam waar de huren heel hoog liggen. Dan kun je de kosten delen in een Friendswoning.” In een Friendswoning wonen vrienden/vriendinnen samen in een woning. Zij hebben deels eigen en deels gemeenschappelijke voorzieningen. Een ieder heeft een eigen huurcontract. “Het voordeel is dat je met één woning, drie jongeren een woonplek kan geven,” licht Anouk toe. “Dit concept is er voor de ‘tussengroep’. Mensen die klaar zijn met hun studie, die uit huis willen, maar niet persé alleen willen gaan wonen.” De huurders krijgen een contract voor vijf jaar. Daarna is het de bedoeling dat ze doorstromen. Ze houden hun inschrijving bij Woonkeus Stedendriehoek. Anouk voerde samen met Peter gesprekken met een paar groepjes geïnteresseerden voor de Friendswoning. Peter. “Deze jongeren willen het liefst in de gemeente blijven wonen en niet naar Deventer of Apeldoorn verhuizen. De aanwezigheid van een tuin en schuur was een plus.” De potentiële huurders moeten in de gemeente Voorst wonen of er een binding mee hebben. Hun leeftijd ligt tussen de 18 en maximaal 27 jaar. Uiteindelijk werd een drietal gevonden dat met elkaar in de Friendswoning in Twello is gaan wonen. (Hun verhaal lees je hier). De gemeenteraad was enthousiast over de Friendswoning en ook Anouk vindt het experiment geslaagd: “Deze vorm van wonen is een mooie aanvulling. Het gaat niet om grote aantallen, maar om een heel palet aan acties waarmee we jongeren kunnen helpen.” Ook Peter vindt het experiment geslaagd, maar daar blijft het dan wel bij. “Het heeft geen zin dit breed in te gaan zetten in Twello. De belangstelling is beperkt. We blijven zoeken naar concepten die beter aansluiten bij de behoeften van jongeren.”

 

Slaagkans verbeteren

Om de slaagkansen van jongeren te verbeteren zijn er diverse acties vastgelegd in de prestatieafspraken met de gemeente. Anouk: “De basis hiervoor lag in de wens van de politiek en hiervoor hebben we een onderzoek laten uitvoeren naar de woonvoorkeuren van jongeren in de gemeente. Zo hebben we jongerencontracten in het leven geroepen. Dat zijn huurcontracten van maximaal 5 jaar. Het bleek namelijk dat mensen die in een woning met een lage huur wonen, geneigd zijn daar te blijven wonen. Wij willen nu juist de doorstroming bevorderen zodat er plek blijft komen voor jongeren. Om die reden blijven iemands ‘punten’ bij een jongerencontract staan.” Een andere maatregel is het zogenaamde ‘ontlabelen’ van seniorenwoningen. Peter: “Dat wil zeggen dat jongeren nu ook voor deze woningen ‘zonder 55+label’ in aanmerking komen.”

Balans zoeken
De druk op de woningmarkt is hoog. Anouk: “Als gemeente brengen we in kaart waar die druk het hoogst is. Je wilt natuurlijk dat iedereen snel een woning vindt, maar die balans zoeken is best lastig. Als je extra mogelijkheden voor de één creëert, gaat dat vaak ten koste van de mogelijkheden van een ander. Het zijn veel knoppen waar je aan kunt draaien.” Zo zet de gemeente onder andere  in op Startersleningen. IJsseldal Wonen biedt jaarlijks een aantal vrijgekomen huurwoningen te koop aan, zodat er ook een betaalbaar aanbod is. Met deze starterslening kunnen jongeren een extra bedrag lenen waardoor het voor hen makkelijker wordt een eerste koophuis te kopen.“ Daar wordt best goed gebruik van gemaakt, door zo’n 5 tot 10 starters per jaar.” Ook stelt de gemeente bij nieuwbouwplannen als voorwaarde dat een aanzienlijk deel van het aanbod uit betaalbare koop- en huurwoningen bestaat. Met de nieuwbouw verbeteren we de doorstroming en komen er weer bestaande woningen beschikbaar. Soms denkt Anouk wel eens dat het woonprobleem van jongeren hoger op de agenda van de politiek en ouders staat dan van de jongeren zelf. “Je moet natuurlijk zelf ook wel iets doen. In de gesprekken met jongeren bleek dat veel jongeren zich pas inschrijven als ze op zoek gaan naar een woning en zo geen inschrijfduur hebben opgebouwd. Daarom brengen we het tijdig inschrijven als je 18 wordt, nu regelmatig onder de aandacht.”

 

 

“We verwachtten veel van het concept Friendswoning, maar de belangstelling bij jongeren hiervoor viel tegen.

Peter Jansen